Voor de toetsing van het renterisico heeft de overheid twee instrumenten gedefinieerd, namelijk de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.
Kasgeldlimiet per 01-01-2020
De kasgeldlimiet geeft aan hoeveel de gemeente kort mag financieren. De toegestane kasgeldlimiet bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal van het lopende jaar naar de stand van 1 januari. De uitgaven in de programma's bedragen € 106.475.200 (exclusief toevoegingen en onttrekkingen aan reserves). De kasgeldlimiet voor 2020 bedraagt € 9.050.000.
Renterisiconorm en renterisico's op de vaste schuld per 01-01-2020
De renterisiconorm heeft als doel om het renterisico bij herfinanciering te beheersen. Het renterisico is het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de gemeente door rentewijzigingen. De renterisiconorm houdt in, dat de jaarlijks verplichte aflossingen en renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal bij aanvang van het jaar.
Het renterisico op de vaste schuld blijft onder de renterisiconorm, zowel in 2020 als tijdens het gehele meerjarenperspectief. Bij het opnemen van nieuwe langlopende geldleningen zal in ieder geval met deze norm rekening worden gehouden. Zodat deze norm ook in de toekomst niet overschreden zal worden.
Op basis van de huidige inzichten gaan we er vanuit dat er in 2020 één nieuwe geldlening tot maximaal € 5 miljoen moet worden aangetrokken. De lening is nodig om de kortlopende schuld te consolideren en nieuwe investeringen te kunnen betalen. Wanneer we met name in de sfeer van de grondexploitaties meer inkomsten realiseren, hebben we minder, of lagere geldleningen nodig.
|
Liquiditeitenplanning
In 2019 is de begrote geldlening van € 10 miljoen niet aangetrokken. Dit kwam met name door meer inkomsten uit o.a. grondverkopen, het later uitvoeren van investeringen en het vooruit ontvangen van een subsidie.
Voor de begroting 2020 vormt de liquiditeitenplanning van juli 2019 de basis voor de berekening van de verwachte financieringsbehoefte. In deze planning houden we rekening met het aantrekken van een langlopende geldlening van € 5 miljoen. Als de verkoop van gronden erg afwijkt van de raming, kan dit er toe leiden dat aanvullende, of minder financiering moet worden aangetrokken. Het mandaat van het college is voor 2020 maximaal € 5 miljoen. Is meer financiering nodig, dan zullen wij daarvoor een voorstel aan de raad voorleggen. Omdat kort financieren nog steeds goedkoper is dan lang financieren, blijven we maximaal gebruik maken van kort financieren.
LIQUIDITEITENPLANNING | ||||
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
Inkomsten | ||||
leningen | 5.147 | 10.143 | 5.140 | 137 |
investeringen | 0 | 0 | 0 | 0 |
grondexploitaties | 4.107 | 2.380 | 2.091 | 1.921 |
overig operationeel | 106.021 | 107.840 | 105.334 | 105.334 |
Totaal inkomsten | 115.275 | 120.363 | 112.565 | 107.392 |
Uitgaven | ||||
leningen | 4.683 | 4.568 | 4.455 | 4.343 |
investeringen | 24.247 | 20.812 | 17.660 | 19.021 |
grondexploitaties | 1.408 | 628 | 448 | 482 |
overig operationeel | 91.063 | 91.926 | 92.378 | 90.969 |
Totaal uitgaven | 121.401 | 117.934 | 114.941 | 114.815 |
Totale cashflows | -6.126 | 2.429 | -2.376 | -7.423 |
Saldo rekening courant | -7.711 | -5.282 | -7.658 | -15.081 |